Info-Tafel 8 | Kreis Düren

Niederländisch / Nederlands
Englisch

Deutsch

Die historische Steintafel befindet sich am Eingangsbereich der Kriegsgräberstätte Hürtgen. [Foto: © Frank Möller]

Zum Zeitpunkt ihrer Einweihung wurde die hiesige Anlage noch „Soldatenfriedhof“ genannt, mitunter auch „Ehrenfriedhof“ oder sogar „Heldenfriedhof“. Diese Begriffe sind seit Jahrzehnten nicht mehr angemessen. Sie unterliegen, wie viele Aspekte der Erinnerungskultur und des Totengedenkens, einem steten gesellschaftlichen Wandel.

Der Begriff „Soldatenfriedhof“ ignoriert, dass hier keineswegs nur deutsche Kombattanten bestattet wurden, sondern beispielsweise auch Menschen, die bei der Minenräumung ums Leben kamen, oder Zivilisten, die im Verlauf des Krieges oder nach Kriegsende durch Kampfmittel oder Minen getötet wurden. Der Begriff „Soldatenfriedhof“ blendet diese Gruppen von Toten aus.

Begriffe wie „Ehrenfriedhof“ oder „Heldenfriedhof“ sind eng mit der Zeit des Ersten Weltkriegs und des Nationalsozialismus verknüpft. In ihnen spiegelt sich noch der Wunsch, den Kriegstod gegenüber der Nachwelt zu rechtfertigen und als heroisches „Opfer für Heimat, Volk und Vaterland“ zu verklären.

Gedenktafel für den Leutnant der Wehrmacht Friedrich Lengfeld. Sie befindet sich unmittelbar hinter dem Eingangsbereich links vom Weg. [Foto: © Frank Möller]

Der Begriff der Kriegsgräberstätte ist dagegen am ehesten angemessen. Er grenzt niemanden aus und verklärt das völlig sinnlose Sterben deutscher Soldaten im Zweiten Weltkrieg nicht.

Nähert man sich der Anlage vom Parkplatz aus, dann fällt direkt am Treppenaufgang eine Tafel aus der Entstehungszeit der Kriegsgräberstätte ins Auge. Die fünf symbolisch angeordneten Kreuze stellen das Signet des Volksbunds Deutsche Kriegsgräberfürsorge dar. Es wurde von dem Berliner Grafiker Ernst Böhm (1890-1963) in den 1920er-Jahren entworfen.

Friedrich Lengfeld war während des Krieges an der Ostfront im Einsatz und im Spätherbst 1944 an den Kämpfen im Hürtgenwald beteiligt. Er starb am 12. November 1944, nachdem er an der Spitze eines Bergungstrupps versucht hatte, einen um Hilfe rufenden amerikanischen Soldaten aus dem Minenfeld „Wilde Sau“ zu retten. Lengfeld wurde dabei selbst Opfer einer deutschen Schützenmine. 1994 beantragte die Veteranenvereinigung „Förder- und Freundeskreis Hubertuskreuz Linnich“, eine Gedenktafel zur Erinnerung an Lengfeld auf der Kriegsgräberstätte anbringen zu lassen. Vorangetrieben wurde die Initiative von Hubert Gees, einem früheren Meldegänger Lengfelds. Nach dessen Angaben kam die Idee zu der Tafel von einem amerikanischen Veteranen. Am 7. Oktober 1994 wurde die in den USA gefertigte Bronzetafel aus Anlass des 50. Jahrestages der Landung der Alliierten in der Normandie installiert.

Gedenkrhetorik des Kalten Krieges: der Stein befindet sich wenige Meter hinter dem Eingang rechts vom Weg. [Foto: © Frank Möller]

Den Stein mit der Inschrift „Gedenkt unserer Toten im Osten“ ließ der Volksbund 1959 aufstellen, nicht allein auf der Kriegsgräberstätte Hürtgen, sondern auch auf vielen anderen Kriegsgräberstätten. Er sollte, nachdem die Ost-West-Teilung endgültig schien, denjenigen Familien einen Ort für ihre Trauer geben, deren Angehörige jenseits des „Eisernen Vorhangs“ begraben worden waren. Die Inschrift des Steins ist ein typisches Beispiel für die Gedenkrhetorik in Zeiten des Kalten Krieges.

Aufnahme des Doppelkreuzes aus dem Jahr 1991 [Foto: Johannes Gehrmann]

Die markanten Doppelkreuze der Kriegsgräberstätte, auf denen bis zu acht Namen eingemeißelt wurden, entstanden nach einem Entwurf Carl Ludwig Schreibers. Der Architekt des Friedhofes hat diese Art von Kreuzen speziell für die Kriegsgräberstätte Hürtgen entwickelt. Sie wurden im Volksmund rasch als „Kameradenkreuze“ benannt und bestanden aus hellem Muschelkalk.

Aufnahme des Doppelkreuzes nach dem Austausch im Jahr 2002 [© Frank Möller]

Über die Jahre litten die Kreuze unter der rauen Witterung. Das führte dazu, dass sie 50 Jahre später – ab dem Jahr 2002 – komplett erneuert werden mussten. Dieses Mal wurde Ruhrsandstein verwendet, der als besonders witterungsbeständig gilt. Insgesamt 484 dieser Doppelkreuze befinden sich heute auf der Kriegsgräberstätte.

Anlässlich der Eröffnung der Kriegsgräberstätte gab die Landesgeschäftsstelle NRW des Volksbunds Deutsche Kriegsgräberfürsorge 1952 diese achtseitige Broschüre mit dem markanten Hochkreuz heraus. [Quelle: Archiv des Volksbunds Deutsche Kriegsgräberfürsorge, Landesverband NRW in Essen]

Das Hochkreuz der Kriegsgräberstätte misst fast acht Meter und ist aus fünf Einzelsteinen zusammengesetzt. Carl Ludwig Schreiber ließ es aus demselben Material wie die Doppelkreuze fertigen. 1952 kostete die Herstellung 17.000 DM. Anders als die Doppelkreuze existiert das Hochkreuz heute noch in seiner ursprünglichen Fassung und hat sich lediglich ein wenig geneigt.

„Das Kreuz im Hürtgenwald“ [Foto: © Frank Möller]

Hauptfeldwebel Josef Prümm aus Eilendorf sandte 1971 das von ihm verfasste Gedicht „Das Kreuz im Hürtgenwald“ an den Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge. Unproblematisch ist der Text nicht, weil es den Kriegstod zum „Opfer für das Vaterland“ verklärt. Der Volksbund sah auch von einer weiteren Nutzung des Gedichtes ab. 1999 ließ der Friedhofswärter es in eine Metallplatte gravieren, auf einem ehemaligen Treppenstein befestigen und am äußersten Rand der Kriegsgräberstätte aufstellen.

Niederländisch / Nederlands

Bord 8 Taalverandering en ontwerpelementen

Op het moment van haar inwijding werd het lokale complex nog “soldatenkerkhof” genoemd, soms ook “erekerkhof” of zelfs “heldenkerkhof”. Deze begrippen zijn al decennialang niet meer passend. Ze zijn, zoals veel aspecten van de herdenkingscultuur en dodenherdenking, onderhevig aan voortdurende sociale verandering.

Het begrip „soldatenkerkhof“ negeert, dat hier niet alleen Duitse strijders werden begraven, maar bijvoorbeeld ook mensen die tijdens het ruimen van mijnen om het leven kwamen, of burgers die tijdens de oorlog of na het einde van de oorlog door munitie of mijnen gedood werden. Het begrip “soldatenkerkhof“ verbergt deze groep doden.

Begrippen zoals “erekerkhof” of “heldenkerkhof” zijn nauw verbonden met de tijd van de Eerste Wereldoorlog en het nationaalsocialisme. Hierin zit nog de wens opgesloten om de dood in de oorlog ten opzichte van de buitenwereld te rechtvaardigen als zijnde een ”offer voor huis, volk en vaderland.

Het begrip oorlogsbegraafplaats is daarentegen het meest passend. Hier wordt niemand uitgesloten en wordt het volledig zinloze sterven van Duitse soldaten in de Tweede Wereldoorlog niet verheerlijkt.

Wanneer men het complex vanaf de parkeerplaats nadert, dan valt direct op de trapopgang een bord op uit de ontstaanstijd van de oorlogsbegraafplaats. De vijf symbolisch gerangschikte kruisen staan voor het zegel van de Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge. Dit werd in de jaren ‘20 ontworpen door graficus Ernst Böhm (1890-1963) uit Berlijn.

Friedrich Lengfeld was tijdens de oorlog actief aan het oostfront en nam in de late herfst van 1944 deel aan de gevechten in Hürtgenwald. Hij stierf op 12 november 1944 nadat hij aan het hoofd van een reddingsteam had geprobeerd om een om hulp roepende Amerikaanse soldaat uit het mijnenveld “Wilde Sau” te redden. Lengfeld werd daarbij zelf het slachtoffer van een Duitse mijn. In 1994 gaf de veteranenvereniging

“Förder- und Freundeskreis Hubertuskreuz Linnich”, opdracht om een gedenkplaat ter herinnering aan Lengfeld aan te brengen op de oorlogsbegraafplaats. Het initiatief kwam van Hubert Gees, een voormalige verkenner van Lengfeld. Volgens zijn informatie was het idee voor het bord afkomstig van een Amerikaanse veteraan. Op 7 oktober 1994 werd het in de USA gemaakte bronzen bord ter gelegenheid van de 50e verjaardag van de landing van de geallieerden in Normandië geïnstalleerd.

De Volksbund liet de steen met de inscriptie “Gedenkt unserer Toten im Osten” in 1959 opstellen, niet alleen op de oorlogsbegraafplaats Hürtgen, maar ook op veel andere oorlogsbegraafplaatsen. Nadat de verdeling oost-west definitief leek, moest het die gezinnen, wier familieleden aan de andere kant van het "IJzeren Gordijn" waren begraven, een plek bieden om te kunnen rouwen. De inscriptie van de steen is een typisch voorbeeld voor de herdenkingsretoriek in de tijd van de Koude Oorlog.

De markante dubbele kruisen van de oorlogsbegraafplaatsen, waarin tot acht namen konden worden gebeiteld, ontstonden naar een idee van Carl Ludwig Schreiber. De architect van het kerkhof heeft dit type kruisen speciaal voor de oorlogsbegraafplaats Hürtgen ontwikkeld. Ze werden in de volksmond al gauw als “kameradenkruisen” betiteld en bestonden uit lichte kalksteen. Door de jaren heen hadden de kruisen te lijden van de ruwe weersomstandigheden. Dat leidde ertoe dat ze 50 jaar later – vanaf het jaar 2002 – compleet moesten worden vernieuwd. Deze keer werd er gebruik gemaakt van Ruhr-zandsteen dat als zeer weerbestendig bekend staat. Er bevinden zich in totaal 484 van deze dubbele kruisen op de oorlogsbegraafplaats.

Het Hochkreuz van de oorlogsbegraafplaats is bijna acht meter en is gemaakt van vijf afzonderlijke stenen. Carl Ludwig Schreiber liet het van hetzelfde materiaal maken als de dubbele kruisen. In 1952 kostte de productie 17.000 DM. Anders dan de dubbele kruizen bestaat het Hochkreuz nu nog in zijn oorspronkelijke vorm en helt het een beetje.

In 1971 stuurde sergeant-majoor Josef Prümm uit Eilendorf het door hem gemaakte gedicht "Das Kreuz im Hürtgenwald" naar de Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge. Deze tekst is niet onbesproken om dat het de dood door de oorlog als “offer voor het vaderland” uitlegt. De Volksbund zag af van een verdere gebruik van het gedicht. In 1999 liet de beheerder van de begraafplaats het in een metalen plaat graveren, op een voormalige trapsteen bevestigen en aan de buitenrand van de oorlogsbegraafplaats opstellen.

Englisch

Plaque 8: Shift in Language and Design Elements

At the time of its opening, the site was still called the “Soldiers’ Cemetery”, sometimes also “Cemetery of Honor” or even “Heroes' Cemetery”. These terms have not been appropriate for decades. Like many aspects of the culture of remembrance and commemoration of the dead, they are subject to constant social change.

The term “soldiers’ cemetery” ignores the fact that not only were German combatants buried here, but also, for example, people who died during mine clearance or civilians who were killed by ordnance or mines in the course of the war or after its end. The term “soldiers’ cemetery” excludes these groups of dead.

Terms such as "cemetery of honor" or "cemetery of heroes" are closely linked to the period of the First World War and National Socialism. They still reflect the desire to justify war deaths to posterity and to glorify them as heroic "sacrifices for one's homeland, people, and fatherland".

The term war gravesite, on the other hand, is most appropriate. It excludes no one and does not glorify the completely senseless deaths of German soldiers in the Second World War.

As you approach the site from the parking lot, a plaque from the time of the war gravesite’s creation catches your eye directly at the stairway. The five symbolically arranged crosses represent the signet of the German War Graves Commission. It was designed by the Berlin graphic artist Ernst Böhm (1890-1963) in the 1920s.

Friedrich Lengfeld was in action on the Eastern Front during the war and took part in the fighting in the Hürtgen Forest in the late fall of 1944. He died on November 12th, 1944, after leading a salvage party to try to rescue an American soldier calling for help from the “Wilde Sau” minefield. In the process, Lengfeld himself became the victim of a German artillery mine. In 1994, the veterans’ association “Förder- und Freundeskreis Hubertuskreuz Linnich” requested that a memorial plaque in memory of Lengfeld be placed on the war gravesite. The initiative was driven forward by Hubert Gees, a former registrant of Lengfeld. According to him, the idea for the plaque came from an American veteran. On October 7th, 1994, the bronze plaque, made in the USA, was installed on the occasion of the 50th anniversary of the Allied landings in Normandy.

The stone with the inscription “Remember our dead in the East” was erected by the War Graves Commission in 1959, not only at the Hürtgen War Gravesite, but also at many other war gravesites. It was intended, after the East-West division seemed to be final, to give those families a place for their mourning whose relatives had been buried on the other side of the "Iron Curtain". The inscription on the stone is a typical example of the rhetoric of commemoration during the Cold War.

The distinctive double crosses of the war gravesite, on which up to eight names were engraved, were created according to a design by Carl Ludwig Schreiber. The architect of the gravesite developed this type of crosses especially for the Hürtgen War Gravesite. They quickly became popularly known as “comrade crosses” and were made of light shell limestone. Over the years, the crosses suffered from the harsh weather. This led to them having to be completely renewed 50 years later – starting in 2002. This time, Ruhr sandstone was used, which is considered particularly weather-resistant. A total of 484 of these double crosses can be found on the war gravesite today.

The high cross of the war gravesite measures almost eight meters and is composed of five individual stones. Carl Ludwig Schreiber had it made from the same material as the double crosses. In 1952, the production cost 17,000 DM. Unlike the double crosses, the high cross still exists today in its original version and has only tilted a little.

In 1971, Sergeant Major Josef Prümm from Eilendorf sent the poem he had written, “The Cross in the Hürtgen Forest”, to the German War Graves Commission. The text is not unproblematic because it glorifies war death as a “sacrifice for the fatherland”. The Volksbund also refrained from further use of the poem. In 1999, the gravesite caretaker had it engraved on a metal plate, fixed to a former stair stone, and placed at the far edge of the war gravesite.

zurück zur Ausstellungs-Übersicht